Het Oost-Vlaams wit-rood rund gaat terug tot de runderen die in de 18de eeuw in de Denderstreek gehouden werden. Naast deze wit-rode runderen liepen hier toen nog anders gekleurde dieren rond, maar de wit-rode hadden de naam de beste te zijn. Het huidige type van het wit-rode rund werd ontwikkeld door de lokale Dendervee-populatie te kruisen met Engels Shorthornbloed. De dieren zijn drager van de zogenaamde wit-rode robe. Het lichaam is overwegend wit met op de kop en hals een typische rode kleuraftekening, op de romp en poten komen al of niet kleine rode vlekjes voor.
Het wit-rode rund is een typische dubbeldoelkoe; dit wil zeggen een dier dat zowel geschikt is voor de melk- als de vleesproductie. Dit dubbeldoeltype paste vroeger ook perfect op de eerder gemengde landbouwbedrijven van de provincie Oost-Vlaanderen. Momenteel evolueert men echter steeds meer naar grootschalige gespecialiseerde bedrijven (of melk, of vlees). Dit verklaart meteen ook de sterke achteruitgang van het wit-rode rund. Ze wordt nu verdrongen door het Friese Holstein melkveeras en het Belgisch wit-blauw vleesrund.
Ondanks het feit dat de wit-rode Oost-Vlaamse een typisch dubbeldoeldier is, geeft ze ook een behoorlijke hoeveelheid melk. In 2004 bedroeg de gemiddelde melkproductie 5.834 kg per jaar.
MEER INFO OVER DIT RAS